Transgender werknemer niet geholpen met alleen goede bedoelingen

gepubliceerd: 03-11-2020

Leidinggevenden willen hun werknemers graag in hun kracht zetten. Dat doen zij met de beste bedoelingen. Zo ook voor transgender werknemers. Maar juist voor deze groep kunnen goede bedoelingen weleens verkeerd uitpakken.

 

Wat een transgender werknemer nodig heeft schat een leidinggevende vaak verkeerd in. De leidinggevende gaat vaak uit van wat diegene zelf verstaat onder het begrip ‘transgender’. Dat is doorgaans de ‘hij-is-een-zij’-definitie, het idee van iemand die van man naar vrouw gaat, of omgekeerd. Dat gaat al snel samen met verwachtingen van grote sociale omwentelingen en allerlei medische ingrepen. Op een deel van de transgender personen is dat zeker van toepassing, maar ook niet op allen.

 

Als een persoonseigenschap van iemand die een andere genderidentiteit ervaart dan wat toegekend is bij de geboorte op basis van lichamelijke geslachtskenmerken, is het begrip ‘transgender’ breder dan de ‘hij-is-een-zij’-definitie voorstelt. Dat zit hem in de ontkoppeling tussen genderidentiteit en sekse. Daarmee ontstaat automatisch ruimte om het ervaren geslacht met andere woorden uit te drukken dan die gangbaar zijn voor de fysieke sekse – man en vrouw.

 

Eerder onderzoek van Panteia naar geslachtsregistraties liet zien dat die ruimte ook gebruikt wordt. Maar liefst 6% van een representatieve steekproef van de Nederlandse bevolking gaf aan zich niet eenduidig als man of vrouw te identificeren. Ook de recentste LHBTI-monitor van het Europese Fundamental Rights Agency onderstreepte deze diversiteit. Van de transgender personen in het panel gaf 60% aan zich te identificeren met een non-binaire identiteit, dus niet man of vrouw.

 

Deze genderdiversiteit laat zich alleen niet altijd zien op de werkvloer. Zo blijkt uit dezelfde monitor ook dat vooral non-binaire personen op de werkvloer niet open zijn over hun identiteit. Dat terwijl zij zich misschien niet wensen te uiten naar de standaarden van man en vrouw. Het beeld op de werkvloer wordt daarmee overheerst door transgender mannen en vrouwen. Zij ervaren daardoor ook meer steun op de werkvloer.

 

Het is dan ook belangrijk dat leidinggevenden een inclusieve omgeving creëren waarin alle transgender werknemers hun behoeften en wensen duidelijk kunnen maken, zo adviseerde Merle Bartsch tijdens de Kennisweek Gender & Arbeidsmarkt. Want wat een transgender man of vrouw nodig heeft, hoeft niet hetzelfde te zijn als waar een non-binaire transgender persoon behoefte aan heeft. Ga als leidinggevende daarom niet uit van de eigen verwachtingen over wat nodig is, maar ga het gesprek aan met de transgender werknemer.

Neem contact op

Heeft u vragen of wilt u meer informatie? We staan u graag te woord.

Bel ons op: 079-322 20 00